De Body Mass Index (BMI) kan als graadmeter gebruikt worden om de verhouding tussen lichaamsgewicht en lengte te berekenen. De BMI wordt vaak gebruikt om te kijken of een individu op een gezond lichaamsgewicht zit, waarmee uitgegaan wordt van een simpele formule.
Nadelen aan de Body Mass Index (BMI)
Er zitten echter nogal een aantal haken en ogen aan de BMI, want er wordt geen rekening gehouden met de hoeveelheid spiermassa. Hierdoor kunnen mensen die geregeld in de sportschool krachttrainen of bodybuilden door de BMI uitgemaakt worden voor iemand met overgewicht. Dit terwijl het vetpercentage slechts 10% is. De body mass index moet je zien als slechts een verhoudingsgetal om aan te geven wat de verhouding lengte tot lichaamsgewicht is.
Ben ik te zwaar?
Mits je niet aan krachttraining, bodybuilding, fitness of andere sporten die de groei van je spiermassa stimuleren doet is de BMI een goede indicator om aan te geven of je te zwaar bent. Laat je BMI hier berekenen (bij het voedingscentrum) om te achterhalen of je te zwaar bent.
Vetpercentage
Ben je echter wel in de sportschool terug te vinden, dan kun je het beste kijken naar je vetpercentage. Je vetpercentage kan het meest nauwkeurig gemeten worden met een huidplooi-meter. De meeste sportscholen beschikken over personeel die deze metingen kunnen verrichten en moderne weegschalen geven ook een redelijke indicatie van de verhouding in je lichaam tussen water, vet en spiermassa.